SpieghelKIDS

Verhaal voor de kinderen

Thomas

Inleiding

Jezus is overleden, hij is er niet meer. Maar de bijbelschrijver is ervan overtuigd: Jezus leeft voort bij God. En daarom vertelt de schrijver dat Jezus een aantal keer voor zijn leerlingen verschijnt… Ook in dit verhaal. Maar het is ook een mooi verhaal omdat het gaat over een bijzonder persoon met de naam Thomas. Wat is er bijzonder aan Thomas?

Bij Thomas roept Jezus’ verschijning discussie, twijfel en gesprek op. Thomas is een man die niet meteen achter de groep aanloopt. Als iedereen vrolijk is, is hij niet meteen vrolijk. Als iedereen verdrietig is, is hij niet meteen ook verdrietig. Hij zoekt, los van de wat de groep vindt, zijn eigen weg.

Ook is hij niet meteen onder de indruk van leiders, van ‘belangrijke mensen’, van mensen die de baas spelen of zijn, of van mensen die voor anderen veel gezag hebben (dat betekent: dat naar die persoon goed geluisterd wordt).

Thomas wil het leven zelf onderzoeken. Net zoals bijbelschrijver Paulus in zijn brief aan de net gestichte kerk in de Griekse stad Tessalonica schrijft: ‘onderzoek alles en behoud het goede!’ (1 Tess 5: 21).

Het bijbelse woord : ‘leerlingen’

Zo word je op school genoemd: ‘leerlingen’, toch? In de bijbel wordt hetzelfde woord gebruikt, en ook in de kerk. In de kerk zijn we allen leerlingen… Leerlingen van Jezus. Dat betekent:

‘Dat we geloven dat Jezus’ woorden en zijn verhalen ons helpen om meer te leren over het leven, over God, over mensen, over onszelf en over de wereld. We zijn in de kerk nooit uitgeleerd of uitgepraat. Niemand, ook de predikant niet, heeft het allerlaatste woord als we met elkaar praten over God, kerk of de bijbel.’

Leerlingen: het is, denk ik, één van de belangrijkste woorden uit de bijbel. Het houdt de kerk met beide benen op de grond. En het leert de kerk om niet in gesloten antwoorden te denken, maar altijd open te staan voor meningen van andere mensen.

Bijbelverhaal

Op een avond zijn de leerlingen van Jezus bij elkaar gekomen in een huis. Uit angst voor de leiders die Jezus hadden gekruisigd, hebben zij de deur op slot gedaan. Ze praten met elkaar. En dan, plotseling roepen zij uit: ‘Nee maar, wie staat daar nu? Het is…..het is Jezus!’ Jezus staat in hun midden. En hij blaast zijn adem uit over de leerlingen, en wenst hun allen de vrede van God toe.

En de leerlingen die dit meemaken, voelen zich plots blij en opgewekt. ‘Jezus leeft voort bij God…’ Hij is er nog, maar dan op een andere wijze.

Thomas is ook een leerling van Jezus. Hij wordt ook wel Didymus genoemd. Dat betekent letterlijk: tweeling. Thomas is niet bij die bijzondere avond geweest waar Jezus hun allen de vrede heeft toegewenst. Hij wilde toen even alleen zijn en had dus niets gezien. En hij is ook niet zo’n persoon die meteen meegaat met wat anderen zien en voelen.

Thomas heeft tegen de andere leerlingen gezegd: ‘houd maar op met al die verhalen die jullie vertellen, ik ga dat niet zomaar geloven, laat mij eerst zelf de wonden van Jezus’ handen zien, voelen en aanraken….Dan ga ik het misschien wel geloven…ik wil zelf op onderzoek uit.’

Een week gaat voorbij. Opnieuw zijn de leerlingen bij elkaar. Weer in datzelfde huis. En natuurlijk hebben ze  opnieuw de deur goed op slot gedaan. Deze avond is Thomas er wel bij. En opeens staat Jezus opnieuw tussen hen in. En hij zegt: ‘Ik wens jullie de vrede van God….’

Daarna zegt Jezus tegen Thomas: ‘Kom eens dichterbij…voel met je hand aan mijn handen….dan kun je zien dat ik Jezus ben…’ En Thomas is stil geworden, hij komt dichterbij, en hij voelt en raakt Jezus aan. Ook raakt hij Jezus’ wonden in zijn handen en in zijn zij aan.

Dan zegt Thomas tegen hem: ‘Ja, u bent het echt, u bent Jezus, u leeft voort bij God, u bent voor altijd verbonden met God: ik ben ervan overtuigd geraakt dat God sterker is dan de dood…’

En Jezus antwoordde: ‘Jij gelooft in mij omdat je mij gezien hebt, maar andere mensen zullen mij niet zien en aanraken, maar toch zullen zij voelen, ervaren en erop kunnen vertrouwen dat ik voortleef, dat ik aan jullie denk, dat ik met jullie mee wil denken en mee wil leven als jullie het moeilijk hebben, en dat ik blijf hopen en bidden dat het goed met jullie gaat….’

Gespreksvragen

Thomas: hij is de man in de bijbel die niet alles aanneemt voor zoete koek. Hij volgt niet de groep, maar zijn eigen verstand. Jezus gaat in op de vragen en twijfel van Thomas. Hij veroordeelt Thomas niet. Het is dan ook goed dat er in de kerk ruimte is voor twijfel, voor vragen, voor het verder onderzoeken of het wel zo zou kunnen zijn, en voor ‘het er niet mee eens zijn’.

Noem eens iets in de kerk, wat daar gebeurt, maakt niet uit wat, wat jij liever heel anders had gezien?

In de bijbel, in de kerk, in gesprekken tussen mensen over geloof, mag er ruimte zijn voor vragen, voor andere meningen, voor het er-niet-mee-eens zijn, voor twijfel. We zeggen wel eens in de kerk: zoveel mensen, zoveel meningen…

Waarover twijfel jij zelf vaak?

Wat is iets wat jij zelf graag zou willen onderzoeken?

Wat zou de zin van bijbelschrijver Paulus, ‘Onderzoek alles en behoud het goede!’ kunnen betekenen?

Wat is het goede, denk je?